Maurice: FIV+ (9 jaar)
Maurice, wat doe je nou ?
Mijn grote baby is er niet meer.
De lang gevreesde tandoperatie van Maurice stond woensdag gepland. Ik maakte me er zo’n zorgen over, ik had ze al eens uitgesteld, maar er was geen ontsnappen aan: dit was echt nodig. Dus zo gezegd, zo gedaan. Ik bracht hem met een klein hartje naar de praktijk, maar de warme glimlach van Karen, die me verzekerde dat ze goed voor Maurice zou zorgen, stelde me toch enigszins gerust. Ik was een aansteller, Maurice was in de beste handen.
Toen ik in de namiddag telefoon kreeg, was ik opgelucht dat het de assistente was die belde. Alsof ik al verwachtte dat de dierenarts zelf zou bellen met slecht nieuws. Nee, dit was Karen’s stem, dus alles was safe. Al was safe wel een groot woord. Ik mocht Teddy, die ook daar was voor de amputatie van zijn tweede oortje, ophalen, maar Maurice wilden ze toch liefst nog even bij hen houden want die had het wat moeilijk met ademhalen. Oh ok, als het dat maar is, dacht ik nog.
Natuurlijk moest ik wel even bij Maurice gaan piepen, toen ik Teddy ging ophalen. En oh wat had die het lastig. Maar oooh wat was hij blij om mij te zien! Zoals ik hem ken: kopjes, kusjes, knuffeltjes, als hij kon was hij in mijn armen gesprongen. Maar ik zag dat hij het moeilijk had, dus ik liet hem daar, waar hij extra zuurstof toegediend kreeg.
’S Avonds kreeg ik een update van de dierenarts: Maurice deed het weer goed, hij zou de nacht nog daar blijven en ze zouden me vanochtend weer iets laten weten, het gevaar leek geweken. Maar vanochtend was het helaas wel de dierenarts zelf die belde. Maurice is vannacht overleden. Hij moet na middernacht (want zo lang waren ze daar aan het werk met een ander patiëntje) iets gekregen hebben. Toen ze vertrokken was alles prima, en vanochtend was hij er niet meer.
Ach Maurice, ik had moeten weten dat je er tussenuit zou knijpen op een moment dat je niet bij me was. En ik sliep de laatste tijd bij je, dus ik heb het je niet makkelijk gemaakt. Alsof je wist hoe zwaar ik het zou hebben om jou te laten gaan, besloot je zelf maar dat het genoeg geweest was. Samen met Finn had je je angst voor borstels overwonnen, en wij hadden samen je liefdesvatje goed aangevuld. Je was bij geknuffeld, het was goed zo.
Lieve schattebout, wat ben ik blij dat ik je gisteren nog duizend kusjes ben komen geven. Dat ik nog in je oortjes gefluisterd heb hoeveel ik van je hou en hoe sterk ik je vind. Ik hoopte dat dit je kracht zou geven om te knokken, maar blijkbaar gaf het je de rust die je nodig had om te gaan. Ik had je de wereld willen geven, maar jij nam nét genoeg en je vertrok. Maurissimus, wat was je een heerlijk dier! Zo lief, zo dankbaar, zo gelukkig in mijn armen. Ik kon amper foto’s van je maken, want jij wilde alles en iedereen kopjes geven. Eten, goh, dat kon wel wachten, eerst moesten er kusjes zijn! Ach, als jij toch je kusjes maar kreeg.